Europees Parlement pleit voor nultolerantie op alcohol in het verkeer

Elk jaar sterven er bijna 23.000 Europeanen in het verkeer. Meer dan 120.000 verkeersgebruikers raken gewond. “Op de lange termijn moet het de bedoeling zijn om het aantal verkeersdoden te reduceren naar nul,” zegt Europees Parlementslid Kathleen Van Brempt. Tegen 2030 wil de Europese Unie de helft van het aantal verkeersdoden voorkomen. “Om die doelstelling te halen, pleit het Europees Parlement voor investeringen in veilige infrastructuur, het versterken van de modal shift en een nultolerantie voor alcohol in het verkeer. En ook vermoeidheid op de weg, zowel bij personenvervoer, als bij vrachtverkeer, moet worden aangepakt.”

Het aantal verkeersdoden in Europa is de laatste jaren gestagneerd. Nochtans was het doel van de Europese Unie om het aantal verkeersslachtoffers tussen 2010 en 2020 te halveren. “Die doelstelling is niet gehaald,” zegt Van Brempt. “Ook niet in ons land, waar het aantal verkeersdoden in de eerste helft van 2021 opnieuw steeg en haar hoogste peil sinds 2016 bereikte.” Daarom lanceerde de Europese Commissie in 2019 haar Vision Zero – plan, dat de aanpak van de oorzaken van verkeersongevallen in de verschillende Europese lidstaten moet versterken. “Het is onze doelstelling om tegen 2050 het aantal verkeersdoden in Europa tot nul herleiden. Dat betekent dat het aantal verkeersdoden tegen 2030 met minmaal de helft moet afnemen. Een ambitieuze, maar haalbare doelstelling,” zegt Van Brempt. “Alleen zullen de Europese lidstaten een tandje moeten bijsteken om de structurele problemen op de weg aan te pakken.”

Veilige infrastructuur en nultolerantie op alcohol

Volgens Van Brempt begint dat in eerste instantie met veilige infrastructuur. “De nadruk ligt daarbij op de aanpak van de zogenaamde zwarte punten, waar veel verkeersongevallen plaatsvinden en de verkeerssituatie allesbehalve veilig is,” zegt Van Brempt. “Het parlement pleit ervoor op in het kader van de Connecting Europe Facility bijkomende middelen vrij te maken voor lidstaten om te investeren in veilige verkeersinfrastructuur.”

Een daling van het aantal personenwagens en vrachtverkeer over de weg kan een positieve bijdrage leveren aan de verkeersveiligheid. “Simpel gezegd: minder wagens en meer ruimte voor het openbaar vervoer, fietsers en voetgangers, betekent ook minder ongevallen,” zegt Van Brempt. “Het Safer Transport Platorm-initiatief van de Europese Commissie is een eerste belangrijke stap om die modal shift te bereiken. Ook daar wilt het parlement dat er bijkomend wordt geïnvesteerd in infrastructuur. Bovendien pleit het ervoor om kwaliteitseisen op te stellen voor wandel- en fietsinfrastructuur om het ontoereikende veiligheidsniveau voor actieve weggebruikers aan te pakken.”

Ook rijden onder invloed van alcohol en drugs moet volgens het Parlement worden aangepakt. Uit onderzoek blijkt dat er in 1 op 4 van de verkeersongevallen met dodelijke afloop alcohol in het spel is. Nog eens 15% van de verkeersongevallen zijn te wijten aan het gebruik van drugs of medicijnen die het rijvermogen beïnvloeden. “De huidige Europese aanbevelingen zijn 20 jaar oud en dus dringend aan herziening toe,” zegt Van Brempt. “Het Parlement vraagt de Commissie en lidstaten om werk te maken van een nultolerantie voor alcohol en drugs in het verkeer. De impact van alcoholgebruik in het verkeer is erg hoog. Zelfs met een alcoholgehalte van 0,5 promille loop je 2,5 keer meer kans op een dodelijk ongeval. Wie onder invloed is, hoort niet thuis achter het stuur.”

Vermoeide chauffeurs

Een andere belangrijke bezorgdheid van het Europees Parlement is vermoeidheid bij professionele chauffeurs. “Dat was één van de belangrijkste onderdelen van het Europese mobiliteitspakket, dat sociale dumping en slechte arbeidsomstandigheden in de transport moet aanpakken,” zegt Van Brempt. “Zorgen voor voldoende rust, ook buiten de cabine in kwalitatieve voorzieningen, investeren in betere en veiligere parkinginfrastructuur en het respecteren van de rij- en rusttijden zijn cruciaal om zogenaamde drivers’ fatigue aan te pakken. Aan de lidstaten om die regelgeving nu in praktijk om te zetten.”

Volgens Van Brempt moet ook de controle op het naleven van de nieuwe wetgeving worden aangesterkt. “Uit een nieuw rapport van de Europese Commissie over de handhaving op rij- en rusttijden door de EU-lidstaten blijkt dat die controle in verschillende lidstaten tekortschiet. Onder meer in Nederland, Denemarken, Finland, Griekenland, Ierland en Litouwen wordt te weinig gecontroleerd om te verzekeren dat de nieuwe regels worden nageleefd. Dat moet beter. Ook de industrie heeft belang bij het handhaven van een level playing fields, waarin alle partners zich aan de sociale afspraken houden.”